|
|
Wij maken tiramisù in een (oven-)schaal van pakweg 30 x 20 cm.
De in het "originele” recept aangegeven hoeveelheden zijn daarvoor te gering.
Daarin worden een aantal lagen van rabarbermoes en mascarpone over elkaar in de schaal gedaan.
Wij doen, net als bij de Tiramisù della Livia, één laag.
We vonden 500 gram rabarber te weinig.
We hebben het opgekrikt naar 750 gram.
Verwarm de oven op 220 °C.
Maak de rabarberstelen schoon en droog.
Snijd ze in stukken van een paar centimeter.
Meng ze met de 25 gram suiker in een ovenschaal.
Zet de schaal een minuut of vijf in de hete oven.
De rabarber gaart in eigen vocht.
Haal de schaal uit de oven en meng het geheel goed tot rabarbermoes.
(Als de stukjes nog wat hard zijn, nog even terug in de oven zetten.)
Laat afkoelen.
Leg in een schaal van pakweg 20 x 30 cm lange vingers.
Vul de bodem er mee.
Sprenkel hierover crème de cassis – zo veel dat het vocht door de lange vingers wordt opgenomen.
Kantel de schaal af en toe een beetje om de drank naar de droge vingers te leiden.
En als het te weinig is: nog wat crème de cassis erbij.
Roer twee eetlepels crème de cassis door de afgekoelde rabarber.
Spreid de rabarbermoes egaal over de lange vingers.
Roer twee eetlepels crème de cassis door de mascarpone.
Klop de slagroom stijf met twee eetlepels suiker, meng dit vervolgens met de mascarpone.
Spreid dit egaal over de rabarbermoes.
(Vermoedelijk houdt u wat mascarpone over.
Het hoeft er niet allemaal overheen.)
Dek het af en zet twee uur in de koelkast om goed koud te laten worden.
Opmerking
Deze tiramisù kan de rijvaardigheid beïnvloeden.
Bron: ene Sonja
Gepubliceerd door: MergenMetz