voor 6 porties
|
|
Hak voor de taart de chocolade grof en smelt het au bain-marie.
Meng de boter, 100 gram suiker en 1 snuifje zout met de roerinzet in een keukenmachine tot crèmewit.
Scheid de eieren en roer de eidooiers één voor één door elkaar.
Klop het eiwit en een snufje zout met de klont uit de keukenmachine tot half stijf.
Laat de resterende suiker doorsijpelen en blijf kloppen totdat de suiker is opgelost.
Voeg eerst de lauwwarme chocolade toe, dan de bloem en tenslotte voeg het eiwit in 2 porties toe aan het botersuikermengsel.
Smelt vervolgens de suiker in een schone pan.
Draai daarbij de pan.
Pas beginnen met roeren als de suiker volledig vloeibaar is.
Zodra de suiker een donkergouden kleur heeft de room erdoor roeren en kort koken tot het mengsel glad is.
Haal de pan van het vuur en roer de boter en een goed snuifje fleur de sel erdoor.
Vet 6 taartvormen (12 cm Ø) goed in en bestrooi ze met de gemalen amandelen.
Vul met het deeg en strijk het glad.
Voeg de karamel aan het deeg toe.
Bak in de voorverwarmde oven met 150 °C (gas 1, circulatieoven 130 °C) op de 2e rail van onder af gedurende 20 minuten.
Laat ca. 1 uur in de vormen op een rooster afkoelen en dan pas voorzichtig legen.
Serveer met slagroom.